Guidelines Virtueel Project Het Projectteam

2y ago
21 Views
2 Downloads
726.23 KB
39 Pages
Last View : 1y ago
Last Download : 3m ago
Upload by : Maleah Dent
Transcription

Guidelines Virtueel ProjectHet projectteamTom van WeertPaul van der AaPete van der SpoelBauke van der WalHoward SpoelstraDarco JansenMarc Van LaekenBijdrage uit het Digitale Universiteit-project‘Virtuele Projectruimte / Virtueel Bedrijf’februari 2003s a m e n w e r k e na a nv e r n i e u w i n gv a nh e tH o g e rO n d e r w i j s

Guidelines Virtueel project - Het projectteamColofonGuidelines Virtueel Project - Het projectteamBijdrage uit het Digitale Universiteit-project ‘Virtuele Projectruimte / Virtueel Bedrijf’Stichting Digitale UniversiteitNijenoord 1, 3552 AS UtrechtPostbus 182, 3500 AD UtrechtTelefoon: 030 - 238 8671Fax: 030 - 238 8673e-mail: buro@digiuni.nlAuteursTom van WeertPaul van der AaPete van der SpoelBauke van der WalHoward SpoelstraDarco JansenMarc Van LaekenCopyrightStichting Digitale UniversiteitDeze uitgave is binnen het consortium van de Digitale Universiteit vrijelijk te gebruiken, mitsvoorzien van adequate bronvermelding. Niets uit deze uitgave mag buiten het consortiumopenbaar worden gemaakt, verspreid en/of verveelvoudigd door middel van internet, druk,fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijketoestemming van het bureau van de Digitale Universiteit.Datumfebruari 2003KenmerkProjectleiding - Marc Van Laeken, Otec, OUNLHet VP/VB-project is een samenwerking van:Hogeschool van Utrecht (HvU) – Cetis (penvoerder)Open Universiteit Nederland (OUNL) – Otec (projectleiding)Fontys HogescholenHogeschool RotterdamUniversiteit TwenteSaxion HogescholenUniversiteit AmsterdamVrije UniversiteitUniversiteit MaastrichtIchtus Hogeschoolpagina 3

Guidelines Virtueel project - Het projectteamInhoudsopgaveVooraf6Implementatie61. Voorbeeld van een Virtueel Project: Interne Berichtgeving7De projectopdracht7Betrokken eling8Lotus Notes LearningSpace9De stappen op weg naar het eindproductConfrontatie Theorie en Praktijk2. Termen910112.1. Review112.2. Validatie112.3. Beoordeling (Assessment)123. Projecten in de praktijkProject als tijdelijke organisatievorm3.0. ProjectontwikkelingOpdrachtgever (actor)13131313Projectteam (actor)14Guidelines “De docent als Projectinitiator”14Resultaten van Projectontwikkeling143.1. Project Opstart14Plan van Aanpak (resultaat)15Persoonlijk OntwikkelingsPlan (resultaat)15Geaccordeerde resultaten van Project Opstart3.2. Projectuitvoering1616Oplevering van Tussenresultaat16Verder met het project17Geaccordeerde resultaten van Projectuitvoering3.3. Oplevering EindresultaatGeaccordeerde resultaten van Oplevering Eindresultaat3.4. Afsluiting kkelingsbalans18Gevalideerde resultaten van Afsluiting project183.5. EindbeoordelingBeoordelings Check1819pagina 4

Guidelines Virtueel project - Het projectteam4. Gedetailleerde projectenstructuur204.0. ing204.1. 1.0 Start-Up Check - Resultaat: Helderheid221.1 Opstellen Plan van Aanpak271.3 Intake Check - Resultaten: Geaccordeerd Plan van Aanpak en PersoonlijkeOntwikkelingsPlannen4.2. ing322.1/3.1 Voortgangsreviews322.3/3.3 Professional Role Review322.4/3.4 Resultaat Check322.6 Ontwikkelings Check334.3. Oplevering .1/3.1 Voortgangsreviews332.3/3.3 Professional Role Review332.4/3.4 Resultaat Check342.6 Ontwikkelings Check343.5 Acceptatie Check344.4. Afsluiting projectActiviteiten4.5. ing355.5 Beoordelings Check355. De ICT-infrastructuur36Virtuele sche noot386. Totaal overzicht review- en beoordelingsstructuur39pagina 5

Guidelines Virtueel project - Het projectteamVoorafIn deze Guideline voor Virtuele Projecten wordt de werkwijze beschreven van een projectteamvan studenten dat een Virtueel Project uitvoert. Een Virtueel Project is een werkwijze waarin doorde studenten:1. voor een echte opdrachtgever2. een probleem uit de professionele of wetenschappelijke praktijk3. via een professionele methode wordt aangepakt4. en opgelost met een resultaat van voldoende kwaliteit.Het bijvoeglijk naamwoord ‘Virtueel’ geeft aan dat het projectteam niet permanent fysiek bijelkaar is op een permanente fysieke werklocatie, maar alleen op goed geplande momenten.Ook zijn de teamleden niet per definitie de hele week met het project bezig, maar hebben zijook nog andere activiteiten in hele andere verbanden. Tussen de fysieke ontmoetingen wordenICT-hulpmiddelen ingezet ter ondersteuning van de organisatie, communicatie en uitwisselingvan documenten en resultaten.In een andere Guideline (De docent als Projectinitiator) wordt de werkwijze van docenten beschreven die Virtuele Projecten initiëren en begeleiden. Die Guideline beschrijft de voorwaarden waaraanprojecten moeten voldoen om succesvol als Virtueel Project te kunnen worden vormgegeven.De beide Guidelines presenteren op generieke wijze een onderwijsmodel voor VirtueleProjecten. De Guidelines moeten dus altijd aan de actuele, lokale situatie worden aangepast.ImplementatieDeze Guideline is een generiek raamwerk dat als een soort checklist gebruikt kan worden. Alleelementen in het raamwerk zijn relevant, maar kunnen verschillend worden ingevuld, afhankelijkvan het specifieke project en de lokale situatie. Zo zijn bijvoorbeeld Virtuele Projecten in hethoger onderwijs zowel resultaat georiënteerd als leerresultaat georiënteerd. In deze Guidelinewordt voor het specificeren van de te bereiken leerresultaten het Persoonlijk OntwikkelingsPlan(POP) geïntroduceerd. Dit is een flexibel generiek concept dat naar behoefte als echte individuelePOP (bij complexere Virtuele Projecten) of als lijst van standaard leerdoelen (bij eenvoudigeVirtuele Projecten) kan worden ingevuld. Het raamwerk van de Guideline moet dus altijd naarde specifieke situatie worden vertaald.Implementatie van het onderwijsmodel ‘Virtuele Projecten’ kan alleen succesvol plaatsvinden alsopleiding, docenten en studenten “er aan toe zijn”. En de kunst moet geleerd worden. Geziende complexiteit is het af te raden om op “eigen houtje” Virtuele Projecten van scratch af teimplementeren; er zijn teveel risicofactoren voor beginners niet duidelijk. Er kan een beroepworden gedaan op de implementatie-ervaring binnen de Digitale Universiteit om een eersteimplementatie in goede banen geleid te krijgen. Op die ervaring kan dan verder gebouwd worden.pagina 6

Guidelines Virtueel project - Het projectteam1. Voorbeeld van een Virtueel Project:Interne BerichtgevingHieronder volgt een voorbeeld uit een module die al een aantal malen in het deeltijdonderwijsvan de Faculteit Economie en Management (FEM) van de Hogeschool van Utrecht is uitgevoerd.De module is ontwikkeld als onderdeel van het project Taakgericht Teamleren (1999-2001) vande Hogeschool van Utrecht en de Universiteit Utrecht gezamenlijk, dat door SURF Educatie F gesubsidieerd werd. Het gaat om een multidisciplinaire module van de vijf deeltijdopleidingenvan de FEM. Bron: http://www.cetis.hvu.nl/teamleren, zie resultaten.De projectopdrachtIn deze Inter Opleidingen module werk je met je groep aan de volgende opdracht:Maak een opzet voor een nieuwe of verbeterde managementrapportage in een organisatieen geef aan welke stappen gezet moeten worden om het voorstel in de opdrachtgevendeorganisatie te realiseren (implementatieplan).Toelichting:Voor het nemen van managementbeslissingen is het van belang, dat het management kanbeschikken over informatie over de stand van zaken van de bedrijfsfactoren die bepalend zijnvoor succes of falen. Daarvoor zijn beknopte, samenhangende en complete rapportages nodigen daarbij behorende informatiesystemen.Betrokken partijenprojectteam:Alle tweedejaars deeltijdstudenten van de FEM zijn ingedeeld in projectteams, die uit vijf ofzes leden bestaan. Ieder projectteam bestaat uit studenten die afkomstig zijn van verschillendeopleidingen. In de bijlage kun je vinden in welke groep je bent ingedeeld.projectbegeleider:Er zijn minstens vier projectbegeleiders bij deze module betrokken. Een projectbegeleiderbegeleidt maximaal vijf projectteams. In de digitale leeromgeving LearningSpace is aangegevenwat je van de projectbegeleider kunt verwachten. In de bijlage kun je vinden bij welke projectbegeleider je groep is ingedeeld.opdrachtgever:Je beslist in je projectteam welk bedrijf, waarbij een van jullie werkt, het meest geschikt enbereid is om als opdrachtgever op te treden. In LearningSpace staat omschreven aan welkevoorwaarden een opdrachtgever moet voldoen.opleidingscoördinator:Elke FEM deeltijdopleiding heeft een coördinator, die zorg draagt voor relatiebeheer enadministratieve zaken m.b.t. je inschrijving en studievoortgangsregistratie.Hieronder worden ze genoemd.opleiding BE:opleiding BI/LE:opleiding CE:opleiding MER:pagina 7

Guidelines Virtueel project - Het projectteamCompetentiesIn deze module word je door de projectbegeleiders ondersteund bij de ontwikkeling van devolgende competenties: Je kunt helder formuleren hoe een bepaald resultaat gerealiseerd kan worden, welkemiddelen daarbij vereist zijn en hoe de voortgang bewaakt kan worden. Je bent in staat een afgesproken resultaat op te leveren en eventuele problemen, die hetopleveren in de weg staan, tijdig te herkennen en op te lossen. Je kunt processchema- en datamodelleringtechnieken toepassen voor het in kaart brengenvan processen en informatiebehoeften ten behoeve van een managementrapportage. Je kunt de strategie van een organisatie omschrijven in termen van missie, doelstellingen enproduct-marktcombinaties. Je kunt de bedrijfsstrategie vertalen naar relevante kritische factoren voor een filiaal of afdelingvan het bedrijf om te komen tot relevante managementinformatie. Je kunt kwalitatief geformuleerde managementinformatie operationaliseren in kwantitatievecontrolvariabelen, die noodzakelijk en voldoende zijn om managementbeslissingen mogelijkte maken. Je bent in staat een advies te beschrijven dat effectief en haalbaar is. Je kunt reflecteren op je ervaringen met de toepassing van de concepten in deze module inéén specifieke organisatie en die ervaringen vergelijken met die van anderen in andereorganisaties en op basis daarvan je theoretische kennis verbreden en verdiepen.DeadlinesEr zijn tijdens deze module vier deadlines gesteld:1. [datum] week 2: het Plan van Aanpak moet ingeleverd zijn;2. [datum] week 5: de procesbeschrijving, het gegevensmodel, de strategiebeschrijvingen de kritische factoren moeten ingeleverd zijn;3. [datum] week 8: de informatie-elementen, de controlvariabelen, de opzet voor de nieuweof verbeterde managementrapportage en het implementatieadvies moeten ingeleverd zijn.4. [datum] week 9: de vragen en stellingen moeten ingeleverd zijn.BegeleidingDe module is zo ontworpen, dat je in principe op eigen kracht en op voor jou geschiktemomenten kunt werken aan de opdrachten. De projectbegeleider is voor vragen beschikbaarvia LearningSpace of e-mail en middels een spreekuur op dinsdag of vrijdag. Daarnaast kan deprojectbegeleider op jouw verzoek tussenproducten van commentaar voorzien. Je kunt daarbijbinnen 7 werkdagen een antwoord verwachten.BeoordelingIn LearningSpace is aangegeven welke producten moeten worden ingeleverd en aan welkecriteria deze moeten voldoen. De (tussen)producten worden door je projectbegeleider beoordeeldmet 'voldoende' of 'onvoldoende'. Als een product met 'onvoldoende' wordt beoordeeld, danontvangt je groep een aanvullende opdracht van je projectbegeleider. Wanneer alle producten met'voldoende' zijn beoordeeld, dan worden aan het eind van het blok de studiepunten toegekend.pagina 8

Guidelines Virtueel project - Het len5ManagementrapportageBedrijfsprocessenFiguur 1. Methode voor interne berichtgeving, Ernst & YoungLotus Notes LearningSpaceHet meeste, dat je nodig hebt, kun je in LearningSpace vinden. In het MediaCenter bijvoorbeeldvind je voor elke opdracht een 'oriëntatie', dit is een schema dat weergeeft met welke stap je inde methode bezig bent. Ook zijn beoordelingsformulieren opgenomen; hierin zijn de beoordelingscriteria per product op een rij gezet. Voor hoe je met LearningSpace omgaat en welke communicatiemogelijkheden je hebt, verwijzen we je naar de handleiding over LearningSpace.De stappen op weg naar het eindproductZoals eerder is vermeld wordt in deze module de methode van Interne Berichtgeving, die inopdracht van Ernst & Young is ontwikkeld, gevolgd. De stappen die in de methode worden gezet(zie Figuur 2), zijn vertaald in opdrachten die je in LearningSpace terugvindt. Hieronder zijn deopdrachten weergegeven. In LearningSpace vind je bij elke opdracht aanvullende informatie.Opdrachtgever en Plan van Aanpak1. Zoek een opdrachtgever waarbij je het project kunt uitvoeren en kom metde opdrachtgever tot overeenstemming over de opdrachtbeschrijving.2. Stel een Plan van Aanpak voor het project op (projectplan).Procesbeschrijving & GegevensmodelMaak een procesbeschrijving van de afdeling.StrategiebeschrijvingGeef een beschrijving van de strategie van de organisatie waarvoor je de opdracht uitwerkt,eventueel de rol van de afdeling of filiaal etc., indien de opdracht wordt uitgevoerd voor kleinereorganisatorische onderdelen.Kritische FactorenStel kritische factoren op voor de afdeling of het filiaal.pagina 9

Virtueel Projectonderwijs en ictVan Informatie-elementen naar ControlvariabelenSelecteer voor de afdeling of het filiaal de relevante informatie-elementen en operationaliseerdeze in controlvariabelen.Managementrapportage & ImplementatieadviesMaak een opzet voor een nieuwe of verbeterde managementrapportage en geef aan welkestappen moeten worden gezet om het voorstel in de opdrachtgevende organisatie te realiseren(implementatieplan).Confrontatie Theorie en PraktijkFormuleer als projectteam op basis van je ervaringen met de achter je liggende taak: Vragen die je hebt over de zin of betekenis van de gehanteerde methode; Vragen of twijfels die je hebt over de kwaliteit van jullie werk en de resultaten; Stellingen die je ter discussie wilt aanbieden over de methode of de resultaten; Vragen die je hebt over de uitbreidbaarheid van wat je in de context van de door julliegekozen organisatie hebt geleerd naar andere contexten in andere organisaties.pagina 10

Guidelines Virtueel project - Het projectteam2. Termen2.1. ReviewIn een Review wordt iets tegen het licht gehouden om te zien of het aan van te voren geformuleerde eisen of criteria voldoet. Een Review is toekomst georiënteerd, want de belangrijkstevraag is: Hoe kunnen wij zorgen dat dit “iets” nog beter wordt. Bij dit “iets” kun je denken aan:een probleemsituatie, een resultaat, een proces of iemands functioneren, maar het staat vrij omwat dan ook “tegen het licht te houden”.Wil een Review zin hebben dan moeten de volgende vier zaken goed zijn geregeld:1. De criteria waartegen zal worden gereviewed zijn van te voren bij iedereen bekend engeaccepteerd; dit laatste is belangrijk, want het valt niet mee een goede Review te doentegen criteria die je onzin vindt.2. De Review is goed voorbereid en wordt georganiseerd uitgevoerd. Dit wil zeggen datiedereen op de hoogte is van het doel van de Review. En dat iedereen de criteria kent (enaccepteert). Verder is voor iedereen duidelijk hoe de Review zal verlopen: er is een agendaof gang van zaken afgesproken, er is een voorzitter om de Review in goede banen te leidenen ieders rol in de Review is duidelijk. Tenslotte moet het “iets” dat gereviewed wordt, tijdigzijn ontvangen.3. Er wordt een gevalideerde (zie hieronder) rapportage opgemaakt van de Review metverbeteracties. Iemand van de aanwezigen moet tijdens de Review dus de rol van verslagleggerop zich nemen. Het verslag wordt gevalideerd met alle deelnemers aan de Review.4. Er is continuïteit en consistentie, dat wil zeggen dat in een volgende Review de verbeteracties op resultaat tegen gelijke criteria worden doorgelicht.2.2. ValidatieValidatie is het nagaan dat iets valide is, dat wil zeggen ‘geldig’ is.Validiteit is vaak gekoppeld aan personen: iemand of een groep vindt iets valide, vindt iets geldig.Validiteit wordt dus vastgesteld door een persoon of groep. Van belang is dan dus dat datgenewaarvan de validiteit moet worden vastgesteld begrijpelijk is voor de persoon of de groep.En ook of het de moeite waard is voor de persoon of de groep om de validiteit vast te stellen.Pas dan heeft Validatie (het vaststellen dat iets valide is) zin. Validiteit heeft dus ook een contexten kan daarvan niet los worden gezien. Wat in de ene context als valide wordt gezien, kan ineen andere context validiteit missen.Iets is valide als een persoon of groep heeft vastgesteld dat dit “iets” geldig is. Dit betekent datvan het “iets” wordt nagegaan of het voldoet aan de Validiteitsvoorwaarden.Validiteitsvoorwaarden horen van te voren te zijn vastgesteld. Een fatsoenlijke Validatie voldoetaan de volgende voorwaarden:1. Validatiecriteria zijn bekend en geaccepteerd,2. De Validatie is goed voorbereid en wordt georganiseerd uitgevoerd,3. Er wordt een Validatierapport opgemaakt,4. Continuïteit en consistentie.pagina 11

Guidelines Virtueel project - Het projectteam2.3. Beoordeling (Assessment)Tijdens een Beoordeling wordt iets tegen het licht gehouden om te zien in hoeverre het aan vante voren geformuleerde eisen of criteria voldoet. In een Beoordeling wordt de stand van zakenop een bepaald moment opgemaakt van een resultaat, een proces of iemands functioneren. EenBeoordeling is een Validatie met definitief karakter: er wordt aan de Validatie een oordeel verbonden.Bij een Beoordeling wordt nagegaan in hoeverre “iets” voldoet aan de Beoordelingscriteria.Beoordelingscriteria horen van te voren te zijn vastgesteld. Een fatsoenlijke Beoordeling voldoetdaarbij aan de volgende voorwaarden:1. Beoordelingscriteria zijn bekend en geaccepteerd,2. De beoordeling is goed voorbereid en wordt georganiseerd uitgevoerd,3. Er wordt een Beoordelingsrapport opgemaakt,4. Continuïteit en consistentie.pagina 12

Guidelines Virtueel project - Het projectteam3. Projecten in de praktijkProject als tijdelijke organisatievormIn het bedrijfsleven, overheden en non-profitorganisaties kiest men vaak voor de projectvorm insituaties waarin de organisatie voor problemen gesteld wordt die niet passen binnen de regulierestandaardprocedures. Vaak brengt dat met zich mee dat een eventuele oplossing expertise vereistuit meerdere afdelingen. Er wordt dan voor een tijdelijke organisatievorm gekozen waarin medewerkers van verschillende afdelingen samenwerken: een project.In de projectpraktijk wordt met projectfasen gewerkt. Hier onderscheiden wij:0. ProjectontwikkelingActoren: Projectinitiator en Opdrachtgever1. Project OpstartActoren: Projectteam, Opdrachtgever, Projectinitiator2. ProjectuitvoeringActoren: Projectteam, Opdrachtgever, Projectinitiator3. Oplevering EindresultaatActoren: Opdrachtgever, Projectteam, Projectinitiator4. Afsluiting projectActoren: Projectteam, Leden Projectteam5. EindbeoordelingActoren: Projectinitiator, Projectteam, Leden Projectteam3.0 ProjectontwikkelingProjectontwikkeling is een voorfase waarin de Projectinitiator (zie onder) de Project Opstartvoorbereid, rekening houdend met de door de opleiding aan project en projectuitvoeringgestelde criteria (Opleidingscriteria). De Examencommissie dient de te beoordelen of aan deOpleidingscriteria is voldaan. Het eigenlijke project begint met fase 1, De Project Opstart.Opdrachtgever (actor)De Opdrachtgever van het project dat de oplossing van een probleem moet leveren, is meestalook de probleemeigenaar die er belang bij heeft dat het zich voordoende probleem wordtopgelost. De Opdrachtgever is degene die uiteindelijk bepaalt wat het probleem is en welkeoplossing voldoe

1.3 Intake Check - Resultaten: Geaccordeerd Plan van Aanpak en Persoonlijke OntwikkelingsPlannen 31 4.2. Projectuitvoering 32 Activiteiten 32 Review/beoordeling 32 2.1/3.1 Voortgangsreviews 32 2.3/3.3 Pro

Related Documents:

Voor je ligt het Examenreglement voor het schooljaar 2018-2019 voor het vmbo. Het eindexamen voor het vmbo begint in het derde leerjaar. Het eindexamen bestaat uit een schoolexamen (SE), een rekentoets en een centraal examen (CE). In dit document vind je het examenreglement dat onze Scholengroep hanteert bij het afnemen van het eindexamen.

het totaal aantal hoger onderwijsdiploma’s, dan zien we een lichte daling van 20,5 % in 2001-2002 tot 19% in 2008-2009. De conclusie luidt dus dat het aantal STEM gediplomeerden in het hoger onderwijs het laatste decennium toeneemt. De stijging van het aantal STEM gediplomeerden in het hoger onderwijs is een

norm van het belang van het kind (paragraaf 2.3). Bij de aanvraag voor een mvv met als doel gezinshereniging zijn vaak kinderen betrokken. Daarom is relevant op welke wijze volgens het Unierecht het belang van het kind in het kader van de beslissing over de mvv-aanvraag dient te worden vastgesteld en afgewogen.

Met het oog op de naleving van de milieuwetgeving benadrukt het EESC de essentiële rol van deze organisaties, met name als toezichthouder op de rechtsstaat, het algemeen belang en de bescherming van het publiek. 2. Algemene opmerkingen 2.1. Zowel in het advies van het EESC over de EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid (4

Uw aanspreekpunt voor onderzoek naar vermogen of inkomen in het buitenland is het IBF. Het IBF is onderdeel van de directie Handhaving van UWV en is opgericht voor de bestrijding van grensoverschrijdende regelovertreding op het gebied van de sociale verzekering en zekerheid. Het IBF is door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Waar de Faculteit Natuur en Techniek de trekker is van het programma, past het de opleidingen van de faculteit hierin iniatief te nemen. In dit kader is door het Instituut voor ICT in het najaar van 2011 een project gestart met de titel "De Omslag in het ICT-onderwijs". Doel van dit project is een pilot uit te voeren met

Epstein Barr is een herpes virus en wordt nooit geheel opgeruimd. Er blijft een latente infectie over. Ook is het latent aanwezig in B-lymfocyten. Volwassenen scheiden af en toe het virus in het speeksel uit. Het virus veroorzaakt een verstoring in het immunologische systeem. Het Epstein Barr virus is de veroorzaker van de Ziekte van Pfeiffer.

The section on illustration greatly benefited from Lys Drewett s ten years experience teaching archaeological illustration at the Institute of Archaeology and as illustrator on all my archaeological projects. Most of the illustrations derive from my field projects but, where not, these are gratefully acknowledged under the illustration. To any other archaeologists who feel I may have used .